Breder werkveld dansdocent!
9 september 2022
Nieuw – Nieuw – Meer – Anders
18 januari 2023

Choreografisch creëren als strategie

Dit boek van Alexandra van der Hilst biedt een totaal andere kijk op innovatieprocessen, leren, leiderschap en community-ontwikkeling, dan menigeen gewend is. Vraagstukken van deze tijd zijn vaak te complex om in je eentje en vanuit één discipline te benaderen. We hebben nieuwe manieren nodig om daar vorm aan te geven. In deze benadering nemen de intelligentie van het lichaam en belichaamde communicatie een belangrijke plaats in. Vanuit een open creërende houding wordt gekeken naar mensen en organisatievraagstukken. Creativiteit, verbeelding, ontwerpend denken, artistiek onderzoek en creëren worden gebundeld tot een vloeibaar proces van strategisch denken en handelen. De schrijfster neemt het choreografische maakproces als uitgangspunt en projecteert dat op werksituaties en vragen die spelen in de samenleving. Een unieke invalshoek.

Waarom heb je dit boek geschreven?

Als ik een kort antwoord geef dan is het simpelweg om een bijdrage te leveren de wereld een klein stukje beter te maken. Meer inclusief ook. Heel idealistisch, maar veranderingen beginnen met een ideaal.

De vraag ‘Hoe belichamen we wat we willen bereiken?’ drijft me. Belichamen houdt in dat je rekening houdt met de totale mens. We leven in een tijd waarin veel grote ontwikkelingen gaande zijn waar we ons als mens toe moeten zien te verhouden. Ik kijk naar verandering vanuit beweging, voelen, ervaren en menselijk draagvlak. Een mens gestuurde benadering, tegenovergesteld aan protocollair systeem gestuurd.

Wat onze toekomst brengt is onbekend, zeker is dat we met steeds meer onzekerheden geconfronteerd zullen worden. Choreografisch creëren is gestoeld op dat gegeven: (co)creëren zonder dat van tevoren vaststaat waar je precies uitkomt, maar wel met een richting voor ogen. In dat proces gebeurt er van alles, ten aanzien van het onderwerp, in jezelf, tussen en met mensen en met een omgeving. Je leert hoe onzekerheid juist inspirerend kan zijn.

Er is nog niet eerder op deze wijze over choreografisch creëren geschreven, dat maakte het ook spannend om te doen. Ik hou van wat ik doe en het is zeer de moeite waard er anderen mee aan te steken.

Recensent Manni ( Bliblion) schrijft:Dit boek is een mooi resultaat van out-of-the-box denken, omdat het op het oog losstaande werelden weet te verbinden. In voorbeeldcases laat de auteur zien hoe dit creatieve proces kan worden ingezet in leertrajecten in het onderwijs en veranderingsprocessen in organisaties…. De auteur laat zien dat deze benadering juist past in de grote transities waar elke organisatie thans mee van doen heeft. Een actueel en uitdagend brok vernieuwend denkwerk.’

Welke rol speelt dans hier dan in, wat moet ik mij erbij voorstellen?

Dansen is voelen, inleven, verbinden, is voelen mens te zijn. Als choreograaf ben ik altijd bezig onderwerpen vanuit verschillende kanten te onderzoeken en te belichten. Samen met dansers ga ik eerst improviseren. In wat die exploratie oplevert ga ik op zoek naar een overkoepelend thema, als houvast om verschillende perspectieven met elkaar te verbinden.

In het artistiek onderzoek is ruimte voor toeval. Wat er precies uit komt laat zich zien in het creatieproces. In dat proces ben je samen met andere mensen op weg iets te creëren wat daarvoor nog niet bestond. Dat zorgt voor een bijzondere verbondenheid in een groep en tegelijkertijd een drive om jezelf voortdurend aan te scherpen. Voor jezelf, voor de performance en voor de groep waar je onderdeel van bent.

Toen ik het artistiek leiderschap inwisselde voor meer werken in verschillende takken van sport, merkte ik eigenlijk elk project aan te pakken alsof ik een choreografie maak. Ook projecten die niets met dans te maken hebben, bijvoorbeeld innovatietrajecten in organisaties, leertrajecten of meedenken aan oplossingen voor een sociaal vraagstuk. Vijftien jaar mijn eigen gezelschap runnen had kennelijk geleid tot een soort tweede natuur.

De structuur van het choreografische proces kent heldere fases en wetmatigheden. De werkwijze genereert betrokkenheid en maakt het mogelijk mensen, letterlijk en figuurlijk, in beweging te krijgen. Dat is een van de hoofdredenen waarom ik de choreografische werkwijze ontrafeld en vertaald heb, om anders naar mensen en (werk)processen te kijken. Zodat choreografisch creëren als strategie toepasbaar is buiten de dans. Een compleet andere manier om vraagstukken te ontrafelen, verschillen te verbinden en vorm te geven aan innovaties waarbij de menselijke kant altijd in het vizier blijft.

Choreografisch creëren kan een denkstrategie zijn, maar kan ook een ingang zijn om juist los te komen van het denken en te komen bij onze intuïtie en gevoelskant. Leg eens uit?

In dans is het lichaam je eigen instrument, met voelsprieten die uitstaan om op te pikken wat om je heen gaande is en gaat komen. Een geïntegreerd proces van denken, doen, aan- en invoelen, met het lichaam als intelligent systeem. Voor sommige mensen klinkt dat misschien zweverig, maar dat is het beslist niet. Ons denken is gebaseerd op beelden, geluiden, gevoelens, beweging, geuren en smaken. Deze signalen pikken we van buitenaf op, ze komen binnen in ons brein waar ze geïnterpreteerd worden en betekenis krijgen. Communicatie begint in ons lichaam, niet in ons hoofd. Cognitie en belichaamde kennis ontwikkelen zich in interactie met een sociale en fysieke omgeving. Maar in onze samenleving is weinig aandacht voor de rol van zintuiglijke processen, terwijl de impact van grote invloed is op hoe we ergens op reageren, hoe betrokken we raken en iets aanpakken.

In organisaties zie ik een denken in verklarende modellen, tijd, nut, winst en efficiëntie. Niks voelsprieten, weinig afstemmen op elkaar en geen vanzelfsprekend gedeeld enthousiasme om aan iets te werken. De kosten-baten analyses vormen de leidraad in werkprocessen. Het machtsdenken van de vrije markt heeft dit versterkt. Daarbinnen is geen plaats om stil te staan bij wat mensen gevoelsmatig ervaren en geen besef van de impact ervan. Terwijl gevoelsmatige ervaringen juist interessante andersoortige informatie geven. De werkwijze van choreografisch creëren is erop gericht die onbewuste inzichten en verborgen kennis naar boven te brengen. Mijn ervaring is dat wanneer mensen wat hen speciaal maakt mogen laten zien, dat een verbindend effect heeft. Eigenheid benutten nodigt bovendien uit net dat beetje extra te geven waardoor kwaliteit niet gewoon redelijk wordt maar goed, op weg naar bijzonder goed. Het beste in jezelf naar boven halen en uitgedaagd worden grenzen op te rekken, doet talent groeien. Dat begint wat mij betreft al in een liefdevolle bedding op de basisschool en zet zich voort in een leven-lang-ontwikkelen.

We leven in een tijd waarin alles zo’n beetje met alles te verbinden is, maar menselijke verbondenheid staat onder spanning. Stel je voor hoe de wereld eruit gaat zien als de warme menselijke aspecten van contact maken, denken, praten, leren en werken steeds minder empathisch worden. Mensen zullen zich steeds minder bij ontwikkelingen betrokken voelen en steeds meer in hun eigen wolk gaan zitten. Dat is echt een probleem, want waarom zou je je dan nog druk maken over wat er om je heen gebeurt? Wie voelt zich dan nog geroepen initiatieven te nemen om ergens iets goeds van te maken? Terwijl deze tijd schreeuwt om creatieve ondernemendheid en een stevig beroep doet op ons aanpassingsvermogen.

Persoonsvorming, ontdekken waar je goed in bent, bewust worden van waarden en je kunnen inleven en verbinden met anderen zijn juist nu essentieel. Dat zijn allemaal  empathische aspecten.  We zitten dus eigenlijk in een rare spagaat.

In je boek verleg je op een gegeven moment je focus van trainen in organisaties naar activiteiten in de (semi) openbare ruimte. Waarom vind je dat zo belangrijk?

Om bij te blijven is blijven leren essentieel. Niet alleen om je te leren verhouden tot ontwikkelingen. Ook om te zien en begrijpen wat nodig is aan vaardigheden en kennis, om zelf het roer in handen te houden en te bepalen welke kant je op wilt gaan. Als je een baan hebt krijg je allerlei scholingskansen en trainingen. Voor zelfstandigen, flexwerkers, werkelozen en laaggeschoolden ligt dat veel complexer. Die beschikken niet over een scholingsbudget wat beschikbaar gesteld wordt door hun werkgever. Hoe stuur je jezelf dan aan je licht op te blijven doen, op een manier die bij je past? Hoe kom je met mensen in contact met wie je een goed gesprek kunt voeren, waarbij je ervaart dat je ertoe doet en het de moeite waard is initiatieven te ontwikkelen? Als alles om geld en status draait, ontstaan steeds meer gesloten netwerken waar het moeilijk tussen komen is.

In dat kader heb ik het op een gegeven moment over groeiende leegstand van winkelcentra en droom over andersoortige centra. Over hoe het bijvoorbeeld zou zijn wanneer winkels kleine workshops zouden organiseren, in het verlengde van de aangeboden koopwaar. En heb het over pop-up learning labs als plek waar mensen door, van en met elkaar kunnen leren. Hetzij door zelf initiatief te nemen, hetzij als deelnemer. Plekken om te kunnen ontmoeten, uitwisselen en verbinden. Ik vind het handig daar dan ook voorbeelden en stappen in het opzetten van dat soort plekken te benoemen.

Het is niet alleen belangrijk om de kwaliteit van de beroepsbevolking op peil te houden, het is belangrijk om ons mens-zijn hoog te houden. We zijn samen in staat om dat te doen, een kwestie van anders denken, durven en ondernemen.

Wat maakt dat het gedachtegoed van choreografisch creëren breed inzetbaar is?

De drie pijlers waarop dit gebouwd is laten verschillende toepassingen zien:

  1. Verander- en innovatieprocessen.

De structuur van het creërende proces, van idee in het hoofd naar een tastbare realiteit, met duidelijke fases en wetmatigheden. Zonder dat het een strak keurslijf wordt. Het moedigt aan het niet weten als uitgangspunt te nemen voor vrij onderzoek. Elke fase doet een beroep op specifieke sleutelvaardigheden en manieren van reflecteren en zet daarmee dus ook specifiek gedrag in gang;

  1. Ontwikkelen fysieke intelligentie.

Wat het lichaam voelt en beleeft beïnvloedt wat we doen en denken. Via de danselementen tijd, ruimte, kracht, vormen en voelen kijken we naar kinesthetische empathie en het leren gebruiken van ons lichaam als intelligent systeem;

  1. Kunstzinnige en choreografische interventies

De creërende werkvormen zijn gericht op verbeeldingskracht en leren exploreren om al doende op andere denksporen en denkvelden te komen.

Deze drie pijlers bieden handvatten om met het gedachtegoed aan de gang te gaan. De beschreven voorbeelden laten zien hoe ze inzetbaar zijn in de transformaties waar mensen en organisaties in deze tijd mee te maken hebben.

Voor wie is dit boek geschreven?

Het gedachtegoed is interessant voor leidinggevenden in organisaties, waaronder ik overigens ook leraren schaar. Zij zijn niet alleen zelf leider maar kunnen ook innerlijk leiderschap bij hun teamleden en leerlingen wakker maken. Het is ook geschreven voor trainers en coaches die op een meer zintuiglijke manier willen werken. Individueel kan je ermee aan de gang, maar ook als team.

Als je met de strategie van choreografisch creëren in aanraking komt, kan je zomaar tot de conclusie komen dat dit precies is waar je naar op zoek was!

Boek: Choreografisch creëren als strategie – persoonlijke, organisatie- en community-ontwikkeling.

Auteur Alexandra Van der Hilst / 304 pagina’s / verrijkt met beelden

ISBN 978-90-815027-3-3

Verkrijgbaar via www.ab3.nu

 

Comments are closed.